De bewoners
Voortzetting huur bij overlijden
Er blijft een huurder of medehuurder achter
Overlijdt de huurder en is de achterblijver zelf ook huurder (heeft contract getekend)? Dan verandert er niets. Is de achterblijver geen huurder, maar wel wettelijke medehuurder, bijvoorbeeld een echtgenoot? Dan promoveert die automatisch tot huurder. De verhuurder heeft daarover niets te zeggen. Het inkomen van de medehuurder is niet van belang en passend toewijzen is niet aan de orde.
Er blijft een andere inwoner achter
De achterblijver die geen huurder of wettelijke medehuurder is, maar wel samenwoonde met de huurder, kan aan de verhuurder vragen om de huur over te nemen. Als de verhuurder het verzoek afwijst, kan de zaak aan de rechter worden voorgelegd, binnen zes maanden na het overlijden. Die termijn is streng: de achterblijver moet binnen zes maanden de procedure bij de rechter gestart hebben, anders is de kans op voortzetting van de huur verkeken.
De criteria
Om de huur te kunnen voortzetten bij overlijden moet de achterblijver aan vrijwel dezelfde voorwaarden als bij een aanvraag voor medehuur tijdens leven. Behalve de termijn van twee jaar. Die geldt niet bij overlijden.
Hieronder kun je een infokaart downloaden waarop de voorwaarden staan.
​ Duurzaamheid is het meest lastige onderdeel. De achterblijver en de huurder moeten een duurzame huishouding hebben gehad. Duurzaam houdt in dat er een bepaalde toekomstverwachting was. De samenwoning mag geen ‘aflopend karakter’ hebben gehad. Daarom kunnen kinderen meestal de huur niet voorzetten. Partners die gaan samenwonen zijn meestal van plan dit in de toekomst te blijven doen en daarom voldoen zij vaak wel aan de voorwaarden. Maar let op: een liefdesrelatie tussen twee mensen is niet vereist. Het hangt steeds van de concrete omstandigheden af of de samenwoning duurzaam was.​
Verhuurders voeren soms argumenten aan die te maken hebben met de passendheid van de woning. Bijvoorbeeld:
-
‘Het is een eengezinswoning en die is niet passend voor de achterblijver’.
-
‘Het is een sociale huurwoning. De achterblijver verdient te veel om hiervoor in aanmerking te komen’.
Mogen verhuurders de aanvraag om die reden afwijzen? Nee, meestal niet, de verhuurder mag een aanvraag tot voortzetting van de huur alleen afwijzen op basis van argumenten die in de wet staan. Soms speelt grootte van de woning en inkomen een rol via de huisvestingsvergunning. Soms stelt de gemeente in de Huisvestingsverordening voorwaarden die daarmee te maken hebben..
Achterblijvende weeskinderen
Sinds 1 januari 2024 geldt de Wet huurbescherming weeskinderen. Die wet beschermt weeskinderen tot 28 jaar. De wet geldt alleen voor woningcorporaties. Voor 28+ kinderen gelden dezelfde regels als voor andere huisgenoten. Dat betekent dat zij de huurovereenkomst alleen kunnen voortzetten als zij voldoen aan de wettelijke criteria. Vaak voldoen zij daar niet aan.
Downloads
3 meest gestelde vragen over voortzetting huur bij overlijden
Hoe lang mag een achterblijvende huisgenoot in de woning blijven? De achterblijver die geen huurder, maar wel samenwoonde met de huurder, kan aan de verhuurder vragen om de huur over te nemen. Als de verhuurder het verzoek afwijst, moet de achterblijver binnen zes maanden een procedure bij de rechter starten.
Er blijft een 28+ kind achter - mag die blijven? Nee, de Wet huurbescherming weeskinderen geldt voor kinderen tot 28 jaar. Oudere kinderen kunnen de huurovereenkomst alleen voortzetten als zij voldoen aan de wettelijke criteria. Meestal voldoen zij daar niet aan.
Iemand blijft achter - moet ik een nieuw huurcontract maken? Nee. Als de achterblijver voldoet aan de voorwaarden zet hij/zij het lopende contract voort. Stuur een brief om dit te bevestigen.